zaterdag 21 november 2009

Enkele achtergronden bij het boekje 'Martelaarschap'

Geschreven vanuit Smyrna (waar Polycarpus bisschop was) aan de gemeente in Philomelium en alle gemeenschappen van de heilige en universele kerk overal. (1.1) De gemeente in Philomelium had om een gedetailleerd verslag gevraagd. Evarestus uit Smyrna heeft dit beknopte verslag geschreven. De gemeente wordt gevraagd om het verslag te kopiëren en door te sturen. (20.2)

Clayton Jefford meent dat deze brief die aan de gemeente in Philomelium werd gestuurd, een uitwerking is van een verslag dat door een ooggetuige werd geschreven. In ieder geval werd het geschreven door tijdgenoten die ooggetuigen waren geweest. Jefford betwijfelt of Evarestus de ooggetuige was die de eerste aantekeningen maakte; de brief zit te vol weloverwogen redactionele commentaren, en lijkt dus een 'secondaire' weerslag van de gebeurtenissen te zijn. [0]

Appendix 1 meldt dat het martelaarschap van Polycarpus zeven dagen voor de Kalends van Maart plaatsvond (dat was een Grote Sabbat), om 8 uur in de avond. Dat was 22 of 23 februari volgens onze tijdrekening. Met zekerheid is het jaartal niet vast te stellen, hoewel veel geleerden het tamelijk precies lijken te weten. Michael Holmes houdt het op 155 tot 160 na Chr.[1]

Appendix III meldt dat Gaius de brief overschreef uit de papieren van Irenaeus, die een leerling van Polycarpus was geweest. Gaius woonde in dezelfde stad als Irenaeus. Socrates schreef het in Corinthe over van de kopieën van Gaius. Vervolgens werd een erg versleten afschrift teruggevonden door Pionius, die in een droom van Polycarpus zou hebben gezien waar het exemplaar van Socrates zich bevond.

Voetnoten


[0] Clayton N. Jefford, The Apostolic Fathers and the New Testament (Peabody, 2006), pp.23-24.
[1] Michael Holmes, The Apostolic Fathers (Grand Rapids, 1992,2007), pp. 301-2

Geen opmerkingen: